Gezonde-voeding-en-kruiden.nl

Speenkruid

Gewoon speenkruid  (Ficaria verna subsp. verna, synoniem: Ranunculus ficaria subsp. bulbilifer)

Is een laagblijvende voorjaarsbloeier die behoort tot de ranonkelfamilie (Ranunculaceae).

Oude namen voor deze plant zijn ‘vijgwortel’, ‘oaneklootjes’ en ‘katteklootjes’. De naam ‘speenkruid’ is volgens sommigen afgeleid van de vorm van de knollen, die op kleine speentjes lijken. Volgens anderen is de naam afgeleid van de toepassing tegen aambeien, oftewel speen.

Uiterlijk

De plant wordt tot 30 cm hoog en bloeit van maart tot mei. De hartvormige bladeren zitten aan het uiteinde van een lange bladsteel. De gele bloemen hebben acht tot twaalf kroonbladeren en drie groene kelkbladeren, een afwijking ten opzichte van de overige leden van de ranonkelfamilie. Bij slecht weer blijven de bloemen gesloten, bij zon spreidt de bloem zich wijd open. De planten vormen als het ware een “tapijt” dat vaak niet hoger is dan 10 cm. Na de bloei sterft het bovengrondse deel van de plant af, de ondergrondse knolletjes van enkele millimeters lengte blijven in leven voor het volgende jaar. Bij de zaailingen treft men slechts één zaadlob aan; de plant hoort als lid van de ranonkelfamilie echter tot de tweezaadlobbigen. De tweede zaadlob was oorspronkelijk wel aanwezig.

Gezonde voeding en kruiden | Speenkruid        Gezonde voeding en kruiden | Speenkruid    Gezonde voeding en kruiden | Speenkruid

Waar en wanneer groeit deze:

De plant komt algemeen voor op vochtige gronden, langs natte bosranden en slootkanten. Gewoon speenkruid verspreidt zich zowel door zaadvorming en verspreiding als door knollen. Deze laatste groeien niet alleen in de grond, maar ook als broedknollen in de oksels van de bladstelen. In een tuin is gewoon speenkruid een aardig plantje, maar het moet wel in de hand gehouden worden omdat het zich via de in de grond blijvende knolletjes snel verspreidt.

Wellicht niet de allereerste geel bloeiende plantensoort na de winter, maar toch zeker een van de eerste die je na de winter in bloei ziet komen is Gewoon speenkruid, Ficaria verna. De goudgele bloemen vallen meteen op in beschaduwde bermen, wegkanten, parken en loofbossen. De tamelijk grote bloemen van zo’n 3 cm in doorsnee komen bij de eerste zonnestralen en de daarmee gepaarde warmtestraling te voorschijn uit de op de bodem liggende plantenmat. Deze is in de winter goed beschermd als ze overdekt is door sneeuw en profiteert ervan dat de struiken en bomen in het bos nog volkomen kaal zijn en alle zonnestralen doorlaten tot op de bodem. We rekenen de soort dan ook tot de zogenaamde schaduwflora, dat zijn de plantensoorten die het grootste deel van hun levenscyclus voltooien als de hogere lagen in het bos nog in volle rust zijn.

Inhoudsstoffen en werking

  • De bladeren van gewoon speenkruid bevatten veel vitamine C. Vroeger werd de plant dan ook gebruikt tegen scheurbuik. Ze werd ook veel verwerkt in salades. Belangrijk is dat de bladeren dan voor de bloei worden geplukt. Tijdens de bloei ontwikkelt de plant in de bladeren namelijk protoanemonine en saponine, giftige stoffen. De bladeren smaken dan bitter, en ze wordt dan ook door weidedieren gemeden.
  • Bij drogen wordt protoanemonine omgezet in een minder werkzame stof, anemonine, die ook giftig is.
  • In de Alpenlanden werd het plantesap vroeger gebruikt als pijlgif. De plant bevat ook etherische olie.
  • De wortel bevat anemonine, tannine en triterpeen-saponinen. Vroeger werd ze in- en uitwendig gebruikt bij aambeien. Inwendig gebruik is echter niet verantwoord.

Volksgeneeskunde


In de volksgeneeskunde werden vanwege de samentrekkende werking  de knolletjes en de wortelstok gebruikt tegen wratten en aambeien. Aambeien werden ook wel ‘speen’ genoemd, vandaar weer de naam speenkruid.
Omdat de hartvormige blaadjes veel vitamine C bevatten werden indertijd deze blaadjes verwerkt in salades tegen scheurbuik en vitaminegebrek. Het is van belang  de blaadjes vòòr de bloei te verzamelen omdat tijdens de bloei in de plant een proces plaatsvindt waardoor er veel saponine en protoanemonine ontstaat, dat bitter en brandend smaakt en bovendien giftig is.

Zelfs de weidedieren wagen zich niet aan het eten van speenkruid.
Het sap kan op de huid blaren veroorzaken. In de Alpenlanden en de Apenijnen gebruikte men vroeger het plantensap als pijlgif. Aan de zaden werd een urine afdrijvende werking toegeschreven.

De werking van speenkruid wordt tegenwoordig betwijfeld. Inwendig gebruik is vanwege de toxische( giftige) stoffen niet verantwoord. Toepassing in de schoonheidsverzorging voor uitwendig gebruik. Reinigend gezichtswater tegen rimpels en wijde poriën.

Kook een hand vol speenkruidbladeren in een halve liter water en laat afkoelen.
Zeef het aftreksel. Met deze lotion kan het gezicht gereinigd worden en in de koelkast 2-3 dagen bewaard worden.